Een terugblik op de erfbelasting
Het heffen van belasting op nalatenschappen is geen moderne vinding maar een praktijk die teruggaat tot de tijd van de oude Romeinen. Het begon als een vorm van ‘restheffing’ bij de overledene. Op die manier droeg een lid van de samenleving bij aan de bescherming die het gezag bood. Deze belasting werd afgedragen door de erfgenamen van de overledene.
Door de tijd is de plicht van het betalen van belasting verschoven van de overledene naar degenen die erven. Dit komt omdat een erfenis de financiële draagkracht van de erfgenaam verhoogt. En dat stuk blijft zo, ook als de overledene bij leven al belasting heeft betaald. Deze aanpak van erfbelasting wordt in Nederland al meer dan 200 jaar gevolgd.
Juridische belasting versus economische belasting
In tegenstelling tot bijvoorbeeld de inkomstenbelasting is de erfbelasting geen ‘economische belasting’ maar een ‘juridische belasting’. De basis voor deze heffing ligt voornamelijk in de feitelijke juridische situatie op een bepaald moment.
Denk bijvoorbeeld aan een ‘schenking op papier’. Juridisch gezien is de schenker armer geworden en de verkrijger rijker.
Het effect van een fiscaal gedreven testament
Een persoon die een testament maakt met als doel het besparen van erfbelasting kan dit doel eigenlijk nooit bereiken. Dit komt omdat de belastingheffing niet wordt geheven van de erflater.
Wat er eigenlijk gebeurt is dat fiscaal gedreven testamenten vooral invloed hebben op de juridische en financiële positie van degenen die erven. Het echte doel van de erflater is niet om belasting te besparen maar om de overdracht van het vermogen te regelen op een zo gunstig mogelijke manier voor de verkrijger.
De gevolgen van een fiscaal gedreven testament
Je kan als erflater wel het doel hebben om erfbelasting te besparen. Dan kan een ANBI (een vrijgesteld ‘goed doel’) als enig erfgenaam worden aangewezen. In dit geval wordt er helemaal geen erfbelasting geheven over de nalatenschap maar wordt er ook geen vermogen overgedragen aan de kinderen of andere erfgenamen. Dit lijkt misschien onlogisch maar het is precies wat er gebeurt bij het overdragen van vermogen aan de langstlevende via een opvullegaat.
Risicoafweging en nalatenschap
Een ander opvallend voorbeeld is de renteovereenkomst. Dit is in feite een gok want er is maar één langstlevende die een ‘statistische levensverwachting’ heeft, maar dat geeft natuurlijk geen enkele garantie op die levensverwachting.
Het is belangrijk om te onthouden dat het besparen van erfbelasting eigenlijk onzin is omdat besparen betekent dat je hetzelfde krijgt voor minder geld. Dit is meestal niet mogelijk met erfbelasting omdat deze belasting gebaseerd is op de feitelijke juridische situatie van de erfgenaam.
Conclusie: erflaters en hun keuzes
Dus, het idee van ‘vrijheid om te testeren’ mag niet verward worden met ‘onwetendheid om te testeren’. De fiscale gevolgen van een nalatenschap zijn altijd het gevolg van de juridische positie van de verkrijger. Elke erflater sterft maar één keer en laat maar één nalatenschap achter en daarom moeten deze beslissingen zorgvuldig worden afgewogen.
Raymond Mars
Thema's in dit bericht: