Belofte maakt schuld? Mantelzorg belonen uit de nalatenschap

Mensen worden ouder en blijven bij voorkeur in hun oorspronkelijke omgeving wonen. Met het klimmen der jaren neemt de behoefte aan zorg toe. Vaak wordt een deel van deze zorg verleend door een kind of een goede bekende. Regelmatig worden er toezeggingen gedaan om de inspanningen van deze mantelzorger te belonen vanuit de nalatenschap. Dit gaat echter niet vanzelf.

Wat regelt de wet?

In het onderdeel ‘andere wettelijke rechten’ van het erfrecht is een bepaling opgenomen over een ‘som ineens’. De kring van personen aan wie deze som toe kan komen is echter beperkt tot kind, stiefkind, schoonkind of kleinkind. De buurman, buurvrouw, goede vriend of vriendin vallen hier helaas buiten.

Bij de toepassing van dit onderdeel uit de wet zijn twee zaken van belang:

  • Degene die aanspraak maakt op de som ineens moet daar ook iets voor hebben opgeofferd, bijvoorbeeld onbetaald zorgverlof hebben opgenomen.
  • Als diegene ook erft of een uitkering uit een levensverzekering ontvangt die uitkeert door het overlijden van erflater, komt deze verkrijging in mindering op deze som ineens.

Een praktijkvoorbeeld

A heeft drie kinderen. Eén van deze kinderen (X) is inmiddels met pensioen en voorziet in het laatste levensjaar in belangrijke mate in de mantelzorg. Na overlijden wordt de nalatenschap van €600.000 verdeeld onder de erfgenamen. X meent aanspraak te kunnen maken op meer dan een evenredig deel. De wettelijke regeling biedt hiervoor echter geen mogelijkheden.

Mantelzorg

Wat kan men zelf regelen?

De meest ‘veilige manier’ is om dit te regelen in de vorm van een arbeidsbeloning. Het gevolg is alleen wel dat dit fiscale gevolgen heeft voor onder andere toeslagen.

Als het wordt geregeld in de vorm van een ‘bevoordeling’, kan dit als schenking. Een schenking is niet zonder risico voor de verkrijger, aangezien schenkingen gedaan door iemand in een afhankelijke positie, teruggedraaid kunnen worden. Bij een beroep op de wettelijke bepaling ‘misbruik omstandigheden’ ligt in dit geval de bewijslast van het tegendeel bij de verkrijger, en dat is bijna een onmogelijke bewijsopdracht. Het wordt echter een stuk eenvoudiger als van deze schenking een notariële akte is opgemaakt. In dat geval geldt die bewijsopdracht aan de verkrijger niet.

Alternatieven via testament of schenkingsakte

Het is ook mogelijk om een legaat toe te kennen aan degene die men wil bevoordelen. Als het hier gaat om het toedelen van uitsluitend kleding, sieraden of inboedel, dan volstaat een onderhandse wilsbeschikking (codicil). Dit is een geheel handgeschreven, gedateerd en ondertekend document.

Betreft het een legaat in geld, dan moet dit in een testament of een aanvulling op het testament worden geregeld. Testamenten en aanvullingen op een testament zijn notariële akten én worden geregistreerd in het Centraal Testamenten Register.

Het nadeel van een legaat is dat de erflater zonder medeweten van de toekomstige verkrijgers de laatste wil kan aanpassen. Dit is anders als er sprake is van een ‘schenking ter zake des doods’. Een schenking is namelijk een overeenkomst, waarbij zowel de schenker als de verkrijger zijn betrokken. Een schenking ter zake des doods kan alleen met een notariële akte. Het voordeel hiervan is dat deze ook bij het CTR kan worden ingeschreven.

Tijdig maatwerk is belangrijk

De tijd waarin we leven vraagt om veel verschillende oplossingen voor uiteenlopende vraagstukken. Een RegisterExecuteur is bekend met nalatenschapsconflicten en vooral hoe deze te voorkomen zijn. We hebben in Nederland modern vermogensrecht dat ruim voldoende mogelijkheden biedt tot maatwerk. Maatwerk staat niet op zichzelf, maar vraagt om aandacht vooraf.

Raymond Mars

Thema's in dit bericht: